28 februari 2023

Het kabinet is aan zet! Toekomstbestendige regels voor het werken als en met zelfstandige(n)

Er zit een keerzijde aan de jarenlange groei van het aantal zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers). Dit staat geschreven in de Kamerbrief Voortgangsbrief werken met en als zelfstandige(n) (16-12-22). Het stijgend aantal zzp-contracten zet de solidariteit binnen het sociale en fiscale stelstel onder druk. Én er is nog een andere groep werkenden die hiervan nadelige gevolgen ondervindt: in sectoren waar het aandeel zzp’ers snel groeit, worden de ‘achterblijvende’ werknemers geconfronteerd met een hogere werkdruk.

Bovenstaande situatie is onwenselijk én niet houdbaar, zo erkent ook de minister in haar Kamerbrief. Vorig jaar oktober heeft BK samen met enkele leden gesproken met beleidsmedewerkers van SZW over de knelpunten die de sector ervaart bij de inzet van zzp’ers in de kinderopvang.

  • Bij inzet van zzp’ers er is geen sprake van ‘verbinding’ met ouders, kinderen en het team van vaste medewerkers. Dit draagt niet bij aan de continuïteit en de emotionele veiligheid voor kinderen. De pedagogische beroepskrachten die wel het vaste gezicht en het aanspreekpunt voor ouders zijn, ervaren dit als een gemis en een verzwaring van hun taken.
  • De inzet van zzp’ers drijft de kostprijs op waardoor veel organisaties voor de keuze staan: de uurprijs verhogen of de groep of locatie sluiten. Beide opties zetten de toegankelijkheid van de kinderopvang nog meer onder druk.
  • Ondernemersrisico’s voor werkgevers en zzp’ers zijn onvoldoende in beeld (wel of geen sprake van schijnzelfstandigheid, ontbreken van arbeidsongeschiktheid verzekeringen, etc.).

Van Gennip laat middels de Kamerbrief weten dat zij de knelpunten gehoord heeft en serieus neemt.
“Doordat de zzp’ers zich vaak beperken tot de hoofdtaken, komen de ‘minder leuke’ klussen, zoals administratieve taken en diensten, op het bordje van het vaste personeel dat wel in loondienst werkt terecht. Zeker in sectoren als de kinderopvang, onderwijs en de zorg wordt deze problematiek als urgent ervaren.
De continuïteit en de kwaliteit van de kinderopvang en onderwijs lijden volgens werkgevenden daarmee onder de problematiek. Het kabinet zal daarom voor deze sectoren de samenhang tussen de generieke maatregelen en de sectorspecifieke maatregelen voor onderwijs, zorg en kinderopvang nadrukkelijk bewaken”.

Verder geeft de minister aan dat de personeelskrapte in vrijwel alle sectoren is toegenomen, ook in de kinderopvang. De sector wil graag werkenden duurzaam aan zich binden, maar voelen zich vanwege de schaarste ‘gedwongen’ om zelfstandigen in te huren. Door de krapte wordt ook steeds meer gewerkt via tussenpersonen en detacheringsbureaus. De tarieven zijn hierdoor hoger, waarvan een deel bij het bureau belandt. Het kabinet werkt nu aan een aantal maatregelen langs drie lijnen:

  1. Inzetten op een gelijker speelveld voor contractvormen met betrekking tot de sociale zekerheid en fiscaliteit;
  2. Meer duidelijkheid creëren over de vraag wanneer gewerkt wordt als werknemer dan wel als zelfstandige (beoordeling arbeidsrelaties); en
  3. De handhaving op schijnzelfstandigheid verbeteren.

Wat kunnen we de komende tijd verwachten?
Wij blijven in gesprek met SZW waarbij BK aan de hand van voorbeelden uit de praktijk duidelijkheid wil krijgen over wanneer er nu wel of niet sprake is van schijnzelfstandigheid en wat de risico’s zijn.

Daarnaast heeft de minister in haar kamerbrief aangegeven dat zij in het eerste kwartaal van 2023 een conceptwetsvoorstel verder wil uitwerken. Richting de zomer van 2023 voor zal dit conceptwetvoorstel middels een internetconsultatie voorgelegd worden.