BSO Bus: einde convenant en nieuwe wet- en regelgeving

Einde convenant, start nieuwe regelgeving
In 2019 maakten het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, de Brancheorganisatie Kinderopvang (BK), Branchevereniging Maatschappelijke Kinderopvang (BMK) en BOinK afspraken in een convenant: tijdelijk mochten er, onder strikte voorwaarden, 10 in plaats van 8 kinderen per BSO Bus worden vervoerd. Deze uitzondering gold totdat nieuwe regelgeving over lichte elektrische voertuigen, waar de BSO Bus onder valt, in werking zou treden.

De voorwaarden in het convenant richtten zich op het gebruik van veilige routes, rijvaardigheidseisen en een minimumleeftijd voor bestuurders. Via halfjaarlijkse steekproeven werd gecontroleerd of organisaties zich aan deze afspraken hielden. De resultaten zijn telkens besproken met een onafhankelijke commissie, de sectorpartijen en het ministerie.

Zolang de sector aantoonde dat zij voldeed aan de afspraken, bleef het convenant van kracht. De sector heeft dat ruimschoots gedaan — een prestatie van de betreffende organisaties, zeker in een periode van hoge werkdruk en personeelstekorten.

Inmiddels is er nieuwe wet- en regelgeving ontwikkeld voor lichte elektrische voertuigen, die in 2026 volledig van kracht wordt. Dit betekent dat het convenant op 1 januari 2024 van rechtswege is beëindigd.

Wat verandert er voor de BSO Bus?
Vanaf 1 juli 2025: registratie- en kentekenplicht
Vanaf deze datum geldt een kentekenplicht voor alle bijzondere bromfietsen, zoals de BSO Bus. Heb je al een BSO Bus? Dan moet je binnen één jaar een kenteken aanvragen bij de RDW.

Zie hiervoor ook de Wijzigingsregeling en het Besluit tot wijziging.

Vanaf 1 januari 2026: maximaal acht zitplaatsen
Vanaf dan mogen alle BSO Bussen – zowel bestaande als nieuwe typen – nog maximaal acht kinderen vervoeren. Komen er eerder al nieuwe typen BSO Bussen op de markt, moeten die direct voldoen aan het gestelde maximum van acht zitplaatsen.

Huidige BSO Bussen mogen tot 1 januari 2026 tien kinderen blijven vervoeren. Daarna moeten twee zitplaatsen onklaar worden gemaakt. De fabrikant kan dit bijvoorbeeld uitvoeren tijdens een regulier onderhoudsmoment.

Deze wijziging betekent dat per rit minder kinderen vervoerd mogen worden. Houd daarom tijdig rekening met de mogelijke gevolgen voor het aantal vervoersbewegingen, maak dit inzichtelijk en pas eventueel je beleid hierop aan.

Veilig vervoer blijft belangrijk
Het convenant heeft het belang van veilig vervoer stevig op de kaart gezet. De sectorpartijen roepen kinderopvangorganisaties op om de afspraken uit het convenant — zoals het gebruik van veilige routes en het maken van duidelijke werkafspraken — ook in de toekomst te blijven toepassen, bij elk type vervoermiddel.