Bij de helpdesk krijgen wij regelmatig vragen over de eisen en regels met betrekking tot het formatief inzetten van beroepskrachten in opleiding en stagiairs. Daarom hebben wij in deze Factsheet inzet beroepskrachten in opleiding en stagiar(e)s alle wet- en regelgeving samengevat en op een rij gezet. Je lees hier terug aan welke eisen je moet voldoen om BBL’ers, BOL-stagiaires, en Pedagogisch Medewerkers in ontwikkeling formatief in te kunnen zetten, en waar je dat kunt vinden in de wet, de onderliggende besluiten en de Cao Kinderopvang.

<div class="c-editor clearfix">
Naar aanleiding van de nieuwe wet- en regelgeving die sinds 1 juli 2024 van kracht is, hebben we de factsheet geüpdatet. Je kunt de factsheet onderaan dit bericht downloaden. Je vindt de factsheet ook terug op de onderwerpenpagina&#8217;s over BBL, BOL en PMIO. Hieronder lichten we de belangrijkste wijzigingen in deze versie toe.
</div>

Beroepskracht in opleiding als vast gezicht  
De houder kan een beroepskracht in opleiding als vaste beroepskracht (vast gezicht) inzetten. Dit mag alleen als de beroepskracht in opleiding het eerste leerjaar heeft afgerond. Als de beroepskracht in opleiding een opleiding van één jaar volgt, kan deze pas als vaste beroepskracht worden ingezet na afronding van de hele opleiding.
<ul>
<li>De houder zorgt ervoor dat op papier staat hoe de beroepskracht in opleiding als vaste beroepskracht wordt begeleid en hoe die begeleiding in de praktijk wordt toegepast.</li>
<li>Een voorbeeld is dat de praktijkbegeleider eens in de maand met de beroepskracht in opleiding evalueert hoe wordt ingespeeld op signalen en individuele behoeften van kinderen.</li>
<li>De beroepskracht in opleiding, de opleidingsbegeleider en de praktijkbegeleider vanuit de dagopvang moeten schriftelijk instemmen met deze afspraken over de begeleiding.</li>
</ul>
Aandachtspunten:
<ul>
<li>Op dagen dat de beroepskracht in opleiding werkt op de stamgroep, moet ten minste één gekwalificeerde beroepskracht daar ook werken. Dat geldt ook als de beroepskracht in opleiding geen vaste beroepskracht is.</li>
<li>Tot 1 juli 2026 mag maximaal 50% van de formatie op een kindercentrum uit beroepskrachten in opleiding bestaan. Binnen dit maximum van 50%, kan maximaal 33% bestaan uit stagiaires.</li>
<li>Houders kunnen beroepskrachten in opleiding alleen als vaste beroepskracht aanwijzen, wanneer zij onderdeel van de formatie zijn.</li>
</ul>
Beroepskracht in opleiding alleen op de groep 
Buitenschoolse opvang 
Als volgens de BKR 1 beroepskracht op de groep volstaat, mag een beroepskracht in opleiding (BBL’er of PMIO) – mits zij op dat moment (aantoonbaar) formatief inzetbaar is – alleen op de groep staan. Als volgens de BKR 2beroepskrachten zijn vereist, kunnen ook twee BBL’ers of PMIO worden ingezet. Wel moet voor beide gevallen voldaan worden aan het vastgestelde percentage formatieve inzetbaarheid.
Dagopvang 
Op de dag(en) dat de beroepskracht in opleiding werkzaam is op de stamgroep, moet op die groep altijd ook ten minste één gekwalificeerde beroepskracht werkzaam zijn. Dat geldt ongeacht of de beroepskracht in opleiding is toegewezen als vaste beroepskracht. Dit betekent niet dat de BIO (wanneer de BIO ingeroosterd is naast een gekwalificeerde beroepskracht) niet alleen mag staan op de groep tijdens de randen van de dag en de pauzes. Tijdens deze momenten kan een BIO dus alleen op een groep staan. Let er wel op dat te allen tijde (dus ook tijdens de randen van de dag en de pauzes) aan de 50%- regeling moet worden voldaan. Dat wil zeggen dat de BIO nooit meer dan de helft van het totaal voor de BKR benodigde aantal medewerkers op de locatie mag uitmaken. De BIO kan dus nooit als enige op de locatie aanwezig zijn.

Factsheet over inzet beroepskrachten in opleiding en stagiairs vernieuwdLeden